Natuurlijk!
Denk aan je lezer
- Weet wat je wilt vertellen en aan wie.
- Houd je lezer in gedachten en gebruik geen ‘jullie’.
Houd het kort
- Gebruik korte zinnen en geef één boodschap per zin.
- Laat onnodige informatie weg.
Doe normaal
- Gebruik gewone taal, geen formele frasen of clichés.
Schrijf actief
- Vermijd de lijdende vorm, gebruik actieve zinnen.
Kort niet af
- Gebruik zo min mogelijk afkortingen.
Zorg voor een logische opbouw
- Begin, kern, en afsluiting voor een begrijpelijk artikel.
Stel leuke vragen
- Vragen die nieuwsgierigheid wekken en persoonlijk inzicht geven.
Goede kop, korte tekstblokjes, tussenkopjes, streamers
- Verleid je lezer met hapklare tekstbrokken en aantrekkelijke koppen.